Ik heb recent nog geschreven over FlutterFlow en wat je er zoal mee kan. En mocht je het nog niet door hebben: ik ben er erg enthousiast over. Op dit moment ben ik bij Quatronic bezig met ons eerste FlutterFlow project en ik kan niet wachten om het project live te zetten. De afgelopen jaren heb ik echter vooral met OutSystems gewerkt. Een andere low-code tool waar ik erg enthousiast over ben en waar we bij Quatronic al jaren hele mooie dingen mee maken. Beide tools hebben zo hun eigen kwaliteiten en tekortkomingen, waardoor ze allebei voor verschillende soorten projecten geschikt zijn. In deze blog zal ik proberen wat duidelijkheid te scheppen.
De overeenkomsten
Allereerst de overeenkomsten, want daar zijn er genoeg van te ontdekken. Hieronder een (zeer) beknopt lijstje:
- Beide zijn low-code tools (lees daar meer over in de vorige blog), geschikt om in korte tijd kwalitatief hoogwaardige apps te maken.
- Het ontwikkelen van low-code apps is in beide tools een stuk makkelijker te leren dan traditionele softwareontwikkeling (code schrijven).
- Beide tools bieden een aantal cruciale functionaliteiten out of the box aan, zodat je snel een app live kan zetten. Denk hierbij aan onder andere hosting en het publiceren van je app, authenticatie en standaard UI elementen.
- Met beide tools kan je apps maken die beschikbaar zijn in je browser, of te downloaden zijn vanuit de app stores.
De verschillen
Een paar van de belangrijkste verschillen:
- Bij FlutterFlow moet je voor je back-end voor een aparte tool kiezen (bijvoorbeeld Supabase of Firebase), terwijl OutSystems de hele ontwikkelomgeving in 1 tool heeft.
- Beide tools bieden de mogelijkheid om voort te bouwen op standaard functionaliteiten door het schrijven van eigen code, maar de mogelijkheden bij FlutterFlow zijn uitgebreider. Zo is het makkelijk om eigen functies te schrijven en kan je eigen UI componenten maken met Flutter code.
- FlutterFlow geeft je de mogelijkheid om de broncode van je app te downloaden.
- Er is zeker een grote overlap in mogelijke toepassingen voor de twee tools en het onderscheid is dan ook niet zo zwart-wit. Ze hebben echter wel allebei een andere focus. OutSystems heeft meer focus op bedrijfsapplicaties, terwijl de focus van FlutterFlow meer ligt op mobiele applicaties en startups.
- De hoogte van de licentiekosten en de manier van verrekening daarvan verschilt. De initiele kosten zijn daarbij hoger bij een OutSystems project. Bij een FlutterFlow project moet je nog een back-end (zoals Supabase of Firebase) kiezen en daarbij reken je af op basis van gebruik. Hoe meer gebruikers en hoe uitgebreider je app, hoe meer je betaalt. OutSystems rekent een all-in prijs, al stijgen de licentiekosten als je bepaalde thresholds bereikt zoals een aantal gebruikers of benodigde servercapaciteit.
Wanneer kies je voor OutSystems?
OutSystems biedt alle functionaliteiten in 1 tool aan. Denk hierbij aan het bouwen van schermen, het ontwerpen van je datamodel, het definiëren van procesflows en het opzetten van CI/CD pipelines om je apps te deployen. Dit maakt het ideaal om complexe bedrijfsapplicaties te maken. Stel we maken een OutSystems app om jouw productieproces te automatiseren. Dan kunnen we dat proces in OutSystems laten reageren op verschillende events uit interne en externe systemen, database updates uitvoeren, en een taak voor een medewerker klaarzetten bij bepaalde uitzonderingsgevallen. OutSystems biedt daarbij ondersteuning voor strenge compliance regels, onder andere met ISO certificeringen en role-based access.
Neem eens een kijkje bij onze cases om te zien wat we zoal met OutSystems gebouwd hebben
Met OutSystems bouw je bijvoorbeeld:
- Klantportalen
- ERP integraties
- Tools voor procesautomatisering
Wanneer kies je voor FlutterFlow?
De combinatie van FlutterFlow en Supabase (of een andere back-end tool) is zeer sterk en biedt zeker ook de mogelijkheid om te reageren op events vanuit externe systemen. Het is echter minder geschikt om de orkestratie van verschillende processen mee te regelen. Voor complexe bedrijfsprocessen kan je daarom beter terecht bij OutSystems. FlutterFlow is dan weer erg geschikt om mobiele apps te bouwen die vragen om een soepele gebruikerservaring. Doordat FlutterFlow apps onder water draaien op Flutter en die apps als native apps op verschillende devices kunnen draaien, kan je met FlutterFlow apps maken die voor je gebruikers aanvoelen als mooi ontworpen, snel en intuïtief. In combinatie met de lagere licentiekosten maakt dat FlutterFlow erg aantrekkelijk voor bijvoorbeeld start-ups.
Met FlutterFlow bouw je bijvoorbeeld:
- Mobiele applicaties
- Apps met een sterke focus op de visuele gebruikerservaring
Meer weten?
Hopelijk ben je van deze blog weer wat wijzer geworden, maar zo niet: ik geef graag nog wat extra tekst en uitleg. Ben je bijvoorbeeld benieuwd welke van de twee tools beter geschikt is voor jouw project? Stuur me een berichtje!
.webp)
Neem contact op met
Milo
